Ga terug

Ferdinand Erfmann

Wandelende meisjes, 1941

Hoewel hij ook landschappen en zelfportretten maakte, komen figuurstukken met vrouwen verreweg het meest voor in het oeuvre van Ferdinand Erfmann (1901-1968). Zeker vanaf de jaren 1930-1940 schilderde hij vele vrouwfiguren op zijn Erfmanns: kleine torso’s en gezichten en relatief grote dijen, kuiten ... en bovenarmen. Erfmann had een uitgesproken voorkeur voor dit lichaamstype, maar door pesterijen van zijn vader schaamde hij zich ervoor. Waarschijnlijk om die reden bleef hij zijn leven lang ongetrouwd. Hij gebruikte zijn kunst om uiting te geven aan zijn liefde voor de ‘mastodont’, zoals hij zijn vrouwfiguren zelf noemde. Mannelijkheid en vrouwelijkheid zijn later zowel in Erfmanns privéleven als in zijn kunst door elkaar gaan lopen. We zien in zijn schilderkunst androgyne figuren, mannen met vrouwenkleren aan en vrouwen met ‘mannelijke’ lichaamskenmerken. Zelf liet Erfmann zich graag fotograferen in vrouwenkleding. Als kunstschilder was zijn succes bescheiden. In 1965 had hij een solotentoonstelling in Galerie Mokum, die later een vooraanstaande galerie voor het naoorlogs realisme zou worden. Erfmann schilderde veelal ’s nachts bij kunstlicht en had een enorme productie: hij maakte meer dan duizend schilderijen en duizenden tekeningen. Erfmann was daarnaast vele jaren werkzaam in het toneel. Langdurig bruikleen van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.
Lees verder Toon minder
Kunstenaar
Ferdinand Erfmann
Titel
Wandelende meisjes
Jaar
1941
Techniek
Olieverf op doek
Afmetingen
86.5 x 71.5 cm (h x b)
Soort object
Schilderij
Auteursrecht
Onbekend

Meer van Ferdinand Erfmann